Je bekijkt nu Wanneer doe je mestonderzoek?

Wanneer doe je mestonderzoek?

Bij HippoSupport krijgen we vaak de vraag wanneer je nou het beste mestonderzoek of wormonderzoek kunt laten doen bij je paard. Om hier een goed antwoord op te geven moet je de situatie van het paard kennen. Er zijn namelijk veel factoren die hier invloed op kunnen uitoefenen. In dit artikel proberen we wat meer duidelijkheid te geven wat nu een praktisch en goed schema voor mestonderzoek kan zijn. Een aantal zaken staat daarin centraal:

  • 1 Mestonderzoek = geen mestonderzoek
  • Mestonderzoek doen betekent niet dat je niet meer ontwormt
  • Leer je paard, en zijn/haar wormgevoeligheid kennen

Hieronder leggen we kort een paar factoren uit die van invloed zijn op het mestonderzoeksschema. Daar naast geven we een stroomdiagram (uitgezet in de tijd) en schematische weergave waarmee inzichtelijk wordt wanneer je het beste mestonderzoek kunt laten uitvoeren.

Seizoen
Als vuistregel kun je er van uit gaan dat als de temperatuur buiten onder de 10 graden Celsius komt, worden de wormen minder actief, of stoppen zelfs met zich voort te planten. Omdat je bij mestonderzoek de aanwezige eitjes telt, is het dus van belang om de resultaten van mestonderzoek bij lage tempereaturen op een juiste wijze te interpreteren. Bij een lage eitelling kun je op zo’n moment dus niet concluderen dat er geen wormen zijn, alleen maar dat er geen ei-producerende wormen zijn.

Na ontwormen
Na iedere ontwormkuur die is gegeven, is het verstandig om twee weken later nogmaals een mestonderzoek uit te laten voeren, om te controleren of de kuur ook effectief is geweest. Ga er niet blind vanuit dat de gegeven ontwormkuur ook daadwerkelijk effect heeft gehad. Daarnaast heeft ieder ontwormmiddel een bepaalde werkzame periode. Deze werkzame periode, ook wel “Egg Reappearance Period”, staat in de bijsluiter beschreven en is doorgaans tussen de 8 tot 12 weken. Als de ontwormkuur effectief is gebleken na 2 weken hoef je een volgend mestonderzoek pas weer uit te voeren ná de werkzame periode van het ontwormmiddel.

Na niet ontwormen
Als je er in overleg met je dierenarts voor hebt gekozen om niet te ontwormen is het van belang om te weten of je paard gevoelig is voor wormen besmettingen. Weet je, doordat je regelmatig mestonderzoek doet, dat je paard minder gevoelig is voor wormen dan kun je met een lagere frequentie monitoren. Weet je nog niet veel van je paard, of weet je dat je paard gevoelig is voor een wormbesmetting (bijvoorbeeld jonge dieren, of herhaalde wormbesmettingen) dan is het verstandig om frequenter te monitoren en het mestonderzoek bijvoorbeeld iedere 4 weken te herhalen, tot je voldoende inzicht hebt. Daarna kun je met een lagere frequentie mestonderzoek uit laten voeren.

Strategische momenten
Naast de bovengenoemde factoren zijn er nog een aantal strategische momenten waarop het slim is mestonderzoek uit te voeren. Je wil bijvoorbeeld graag een schone start maken als je de paarden in een nieuwe “schone” weide zet, of als je een nieuw paard introduceert in de groep.

Schema mestonderzoek
In het onderstaande figuur zie je een schematische weergave van de verschillende beslismomenten wanneer er wormonderzoek gedaan wordt. In de meest linker “kolom” is er sprake van een hardnekkige worminfectie met hoge wormeitellingen waarbij mestonderzoek ondersteunt in de keuze/zoektocht naar een geschikt wormmiddel. In de middelste “kolom” is er sprake van een reguliere wormbesmetting met gemiddelde wormeitellingen waar behandeling voor nodig was. En in de meest rechter “kolom” is het ideale plaatje te zien van een paard dat zelf een goede weerstand heeft tegen wormen. Verschillende situaties zorgen ervoor dat je op andere plaatsten in het schema terecht kunt komen. Dit is een heel erg versimpelde weergave, en er zijn vele factoren die in dit schema niet expliciet zijn meegenomen. Voor het “schone” paard in de meest rechter klom kan er wel degelijk voor ontwormen worden gekozen door factoren die niet in dit schema zijn opgenomen (bijvoorbeeld aanwezigheid van horzeleitjes op de benen van het paard).

 

Stroomdiagram mestonderzoek
In het bovenstaande figuur kun je de informatie uit dit artikel terug vinden, afgezet tegen op een fictieve tijdslijn. Hierin kun je ook zien dat het aantal momenten voor mestonderzoek in de verschillende situaties ongeveer gelijk uitkomt. Bij schone paarden zal je in april, mei, juli, september en november mestonderzoek laten uitvoeren. Op het moment dat er een ontwormkuur wordt gebruikt zal je na 2 weken de effectiviteit van de kuur bepalen, en daarna is het volgende mestonderzoek na de werkzame periode van de gebruikte ontwormkuur.

Vaak zal bij het laatste onderzoek in november, op basis van andere factoren dan alleen het mestonderzoek, aangeraden worden om bij de eerste vorst een ontwormmiddel te geven, welke ook tegen eventueel ingekapselde wormen werkt, en eventueel tegen wormsoorten welke minder goed zijn aan te tonen via mestonderzoek.

In samenwerking met dierenarts Jurgen van der Meijden en BIT/Paardenkrant is een zeer informatief artikel tot stand gekomen en gepubliceerd, waarin ons mestonderzoekschema natuurlijk is meegenomen.